Manuele therapie is bedoeld voor mensen met klachten aan houdings- en bewegingsapparaat. Denk aan functiestoornissen aan de spieren, pezen, banden en gewrichten. Klachten kunnen ontstaan tijdens het uitoefenen van werkzaamheden, ten gevolge van een ongeluk, spanning of als gevolg van veroudering.
Manuele therapeuten stabiliseren, verminderen of herstellen de functiestoornis of de gevolgen daarvan. Hiermee probeert de manueel therapeut de functie van het houdings- en bewegingsapparaat zodanig te verbeteren, zodat een normale houding en beweging weer mogelijk is.
Geschikt voor u?
Bij de eerste sessie wordt uw situatie in kaart gebracht door middel van een intakegesprek en een onderzoek. Dan wordt bepaald of manuele therapie voor u iets kan betekenen en wordt een behandelplan opgesteld. Gedurende de behandeling test ik regelmatig of de behandeling het gewenste effect heeft. Goede resultaten zijn daarbij eveneens afhankelijk van uw eigen inzet in de herstelperiode.
De behandeling kan bestaan uit:
- Advies en voorlichting over hoe u het beste kunt omgaan met de klachten
- Oefentherapie en houdingstherapie.
- Losmaken en sturing geven aan gewrichten, fascia en spieren.
- Aanpakken van gewoontes die de klachten in stand houden of telkens doen terugkomen.
Naast de reguliere manuele therapie heb ik de opleiding Mylogenics gevolgd. Mylogenics richt zich op het herstellen van de optimale structuur, beweging en functie van diverse weefsels. Er kunnen verklevingen ontstaan als gevolg van acute blessures, herhaalde bewegingen en constante druk/spanning. Deze verklevingen kunnen een disbalans in het bewegingsapparaat veroorzaken. Het lichaam zelf zorgt voor een compensatie, het is dus mogelijk dat een disfunctie al heel lang aanwezig is maar geen klachten geeft. We krijgen pas te maken met klachten wanneer het lichaam niet meer in staat is om verder te compenseren. Een voorbeeld hiervan is een rugklacht, als gevolg van een bilspier die niet goed functioneert. De bilspier zorgt voor het rechtop kunnen staan en opstrekken. Wanneer deze spier de gevraagde functie niet kan uitvoeren, zal een andere spier met dezelfde functie, in dit geval de rugspieren, worden overbelast. De stijve rug is echter het secundaire probleem, en het probleem wordt dus niet verholpen om deze spier te gaan behandelen. De zwakke schakel (bilspier) moet worden aangepakt door de verkleving in de spier te behandelen, waardoor de spier de gevraagde functie weer kan uitvoeren.